Verarming van het spel
Spelinhoudelijk leidt de overdaad aan remises tot verarming. Afbraakdammen, zo snel mogelijk zo veel mogelijk schijven van het bord ruilen kan zomaar een remise oftewel een ‘halve overwinning’ opleveren.
Eindspel is nu schaars bij partijen tussen grootmeesters. Het spel heet dammen maar op grootmeesterniveau komt er veelal geen dam meer op het bord. Vaak wordt bij zes tegen zes schijven al remise overeengekomen. Soms al bij zeven tegen zeven of acht tegen acht schijven. Een enkele keer zelfs al bij tien om tien, zoals in de openingspartij van de WK-match Boomstra-Schwarzman in 2018. Voor zowel de leek als de minder begaafde dammer betekent dit veelal een anti-climax.
Diagram 5
1e partij WK-match 2018 Schwarzman-Boomstra. In deze stand met wit aan zet werd tot remise besloten. Het is de theoretisch bekende Woldouby-stelling. |
De Senegalese dammer Woldouby (ca 1890-1934) is de naamgever van de Woldouby-stelling |
Woldouby was een zeer sterke straatdammer. Tijdens een verblijf in Parijs in 1911 werd hij prompt kampioen van Parijs, destijds het mekka van de damsport. De Woldouby-stelling is tientallen jaren bestudeerd. Nu eens dacht men dat het winst was voor zwart, dan weer dacht men dat wit nipt remise kon maken.
Anno nu is bekend dat wit inderdaad nipt remise kan maken door op enig moment drie(!) schijven te offeren. Regelmatig eindigt de ‘Woldouby’ toch in winst voor zwart (of uiteraard voor wit bij verwisselde kleuren). Echter op het niveau van Boomstra en Schwarzman weet men van de hoed en de rand en heeft het geen zin om door te spelen: remise. In ons scoresysteem zou het zeker een puntenoverwinning voor zwart hebben opgeleverd, spannend zou zijn hoe groot die overwinning zou uitvallen.